Rechterlijke uitspraak: Beslissing op bezwaar herleeft – bouw padelbanen vergt uniforme voorbereidingsprocedure
Een zaak uit Laren maakt duidelijk hoe belangrijk een juiste beoordeling van het bouwplan én de juiste voorbereidingsprocedure is bij afwijking van het bestemmingsplan. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelde (Uitspraak 202402992/1/R4 – Raad van State) op 14 mei 2025 dat de rechtbank ten onrechte een lichtere procedure toepaste op een vergund bouwproject met padelbanen. Het hoger beroep van een omwonende werd gegrond verklaard.
Wat speelde hier?
De Larense Lawn Tennis Club (LLTC) kreeg in 2021 een vergunning voor vier padelbanen met glazen omheining van 4 meter hoog. Omwonenden maakten bezwaar vanwege de aantasting van hun woon- en leefklimaat. Het college herzag de vergunning. LLTC ging in beroep en kreeg van de rechtbank gelijk: volgens die uitspraak volstond de reguliere voorbereidingsprocedure. De Raad van State ziet dat anders.
Belangrijke overwegingen van de Afdeling:
De Raad van State oordeelt dat de glazen wanden als ‘bouwwerken geen gebouw zijnde’ onder het bestemmingsplan maximaal 3 meter hoog mogen zijn, terwijl hier 4 meter was vergund. Bovendien is de zogeheten kruimelgevallenregeling niet van toepassing. De verharding en omheining van de banen zijn zodanig met elkaar verbonden dat zij samen als één bouwwerk moeten worden beschouwd. De totale oppervlakte overschrijdt daarmee de grens van 50 m², waardoor de uitzonderingsregeling niet mag worden toegepast.
Gevolgen:
– De eerdere herroeping van de vergunning door het college blijft in stand.
– De uniforme openbare voorbereidingsprocedure moet alsnog worden doorlopen.
– Het college moet een nieuw ontwerpbesluit ter inzage leggen.
– Proceskostenvergoeding en griffierecht voor de appellant.
Vragen over vergunningprocedures, bestemmingsplanafwijkingen of bouwrecht?
Moniek Peeters en Joop van Berkel denken graag met je mee.